Op 25 november 2020 is, in verband met de bestrijding van de epidemie COVID-19, het Arbeidsomstandighedenbesluit artikel 3.2 tijdelijk uitgebreid. Artikel 3.2 is een soort vangnet voor veiligheids- en gezondheidsrisico’s die niet specifiek in het Arbeidsomstandighedenbesluit zijn genoemd. Artikel 3.2a verplicht werkgevers en werknemers om besmetting en verspreiding van het virus te voorkomen. Door de tijdelijke uitbreiding kan de Inspectie SZW (voorheen: Arbeidsinspectie) bij het niet naleven van de Corona maatregelen het werk stilleggen en werkgevers beboeten. Het geeft I-SZW ook de mogelijkheid om werknemers, bij niet naleving, maximaal € 450,- boete op te leggen.
Het oorspronkelijke artikel is niet specifiek toegesneden op het voorkomen of beperken van de besmetting van werknemers. Om die reden wordt tijdelijk, ter voorkoming van besmetting van werknemers en derden met COVID-19, een meer specifieke bepaling in het Arbobesluit opgenomen. Eenzelfde bepaling is ook voor Caribisch Nederland opgenomen in het Arbeidsveiligheidsbesluit I BES.
De tijdelijke aanvulling van het Arbeidsomstandighedenbesluit is bedoeld om de maatregelen tegen COVID-19, die gelden voor de publieke ruimte, ook te verplichten voor de arbeidsplaats. Zo is het mogelijk voor de I-SZW om naleving van de maatregelen af te dwingen. Onder de tijdelijke maatregelen vallen de bekende maatregelen als 1,5 meter afstand houden, het dragen van niet-medische mond-neusmaskers, goede hygiënische voorzieningen bieden en het voorlichten van werknemers over de bestrijding van COVID-19 op de arbeidsplaats. De verbijzondering van het Arbobesluit heeft een tijdelijk karakter. In principe vervallen de aanvullende eisen drie maanden na de inwerkingtreding van rechtswege, maar deze kunnen, met instemming van de Tweede Kamer, voor drie maanden worden verlengd.
Het nieuwe artikel vormt de basis voor de verplichtingen van de werkgever bij het nemen van maatregelen of voorzieningen die door het RIVM worden geadviseerd. Welke maatregelen of voorzieningen dat zijn hangt af van wat het Kabinet bepaalt en de richtlijnen van het RIVM (die een weergave zijn van de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening).
De door de sectoren opgestelde protocollen kunnen behulpzaam zijn bij het vormgeven van zo’n aanpak. Een door de sectoren opgesteld protocol is echter geen vervanging van de geldende Arbowet- en regelgeving. Daarvoor moet de Inspectie SZW de maatregelen positief getoetst hebben. In enkele sectoren hebben de sociale partners de Arbocatalogus daarom aangevuld met een norm Coronavirus en/of een aanvullende vragenlijst in de Risico-Inventarisatie en Evaluatie. Sociale partners in de Particuliere Beveiliging hebben intussen bij het Steunpunt RIE een aanvulling op de bestaande vragenlijst ter erkenning ingediend. We houden je daarvan op de hoogte.